Naar het schijnt, is het elke leraar gegeven ten miste éénmaal in zijn leven iemand in de klas te hebben die hij als de ideale leerling beschouwt. Als ik die ideale leerling ooit had, was het ... Maarten Jagermeester. Hij immers hield van literatuur en van dieren, voorwaar een zeldzame combinatie in een technisch instituut.

Toen hij enkele jaren geleden op een avond bij mij aanbelde met een pak boeken onder de arm, herkende ik hem dan ook onmiddellijk. En toen hij mij vertelde dat hij dierenarts geworden was, leek mij dat de normaalste zaak van de wereld. En het lag als het ware helemaal in de lijn der verwachtingen, wat daarna gebeurde... Verleden jaar kwam hij aandragen met een manuscript van een verhalenbundel.

Ik heb 'belevenissen van een dierenarts' gelezen tijdens de zomervakantie, in een tuinstoel op het gazon. Meermaals kwamen de buren over het muurtje loeren, omdat ze dachten dat ik gek geworden was. En de buurman duivenmelker hield zelfs angstvallig zijn jonge duiven binnen... Dikker kan ik de amusementswaarde van deze vertellingen niet onderstrepen.

Maarten Jagermeester heeft bij het uitoefenen van zijn artsenpraktijk in de Kempen al heel wat beleefd. Hij heeft oog voor het ongewone detail, weet hoe hij een farce in de verf moet zetten en hoe hij een pointe moet aanbrengen, houdt van humor en zelfspot ... Beter dan Arthur Roothaert('Dr. Vlimmen') durf ik hem nog niet noemen, maar hij komt mij voor als een volwaardig opvolger van deze dierenartsschrijver in een wereldje dat zwaar lijdt aan experimentele wartaal en bloedeloze symboliek. Ik voorspel Maarten Jagermeester een enorm lezerspubliek, en hoop dat hij het bij dit sprankelende debuut zeker niet zal laten.

Belevenissen van een dierenarts